adriaan.biz © 2021 Adriaan van Os - In memoriam drs. J.F. van Os  

In memoriam drs. J.F. van Os

Ridder in de orde van Oranje Nassau

31-12-1925 — 10-04-2021

Op 10 April 2021 overleed mijn vader aan de gevolgen van een Covid-19 infectie. Door de mensenverachtende bureaucratie in Nederland was hij, op een leeftijd van 95 jaar, nog niet ingeënt. De wijkverpleegster die hem heeft geïnfecteerd, was ook nog niet ingeënt. Onder de foto vindt u mijn persoonlijk in memoriam.



Hans van Os, 26 maart 2021, op het orgel van de Oude Helenakerk in Aalten (foto Paul Kerkhoffs)



"Ohne Musik wäre das Leben ein Irrthum." schrijft een Duitse filosoof. Zonder muziek is het leven een vergissing. Ik maak daarom van dit in memoriam een klein concert in woorden, in historische volgorde, beginnend bij de oudste componist.

* * *

Mijn vader wandelt door Amsterdam, met een Spaanse orgelvriend. De Spanjaard vraagt:

— Is dit de Oude Kerk ?
— Ja


De Spanjaard knielt neer op de gewijde plaats waar Jan Pieterszoon Sweelinck 40 jaar organist is geweest. Anders dan veel Nederlanders, weet hij dat Sweelinck de stamvader is van de Noord-Duitse muziektraditie. Met on-Nederlandse devotie eert de Spanjaard zijn muziek, die hem heilig is.

Dat zal een Nederlander zo niet tot uitdrukking brengen, maar wel zo voelen.

* * *

De organist en zijn instrument. Hij bespeelt het, kruipt erin om het te stemmen, repareert het waar nodig, vindt in het orgel een vogel die in een pijp is gekropen en trapt op de balgpedalen als het orgel voor de windvoorziening geen elektrische motor heeft.

Kerkelijke en provinciale archieven worden nageplozen, om alles te weten over de historie van het instrument. Daarover wordt in boeken gepubliceerd en in de orgelencyclopedie.

Hij bewerkstelligt dat zowel in de Zuiderkerk als in de Oude Helenakerk een voortreffelijk orgel komt te staan, waar Aalten trots op kan zijn. Daarvoor krijgt mijn vader een lintje in de Orde van Oranje-Nassau.

Ik mag helpen met het stemmen en met het omslaan van de bladmuziek. Op zondagochtend rij ik als jongen met vader naar Vorden, waar hij organist is. Het is aangenaam de kerkdienst vanaf het orgel bij te wonen. De Zuiderkerk in Aalten noem ik, als ik net kan praten, de "gymmetiek", wat geen compliment is voor de architect.

Toch is er zelfs aan de liefde van de organist voor zijn instrument een grens. De Deense componist Dietrich Buxtehude is in zijn tijd organist aan de Marienkirche in Lübeck dat beschikt over een vermaard orgel. Op hoge leeftijd zoekt Buxtehude een opvolger. Georg Friedrich Händel bezoekt Lübeck en ook Johann Sebastian Bach komt te voet naar Lübeck om het orgel te beluisteren. Voorwaarde is dat de nieuwe organist trouwt met de dochter van Buxtehude. Dat schrikt een hele rij musici af, wellicht was ze minder aantrekkelijk dan het orgel ….

* * *

Het is zondag rond Pasen en de radio speelt de Mattheus Passion van Johann Sebastian Bach. Ik kan nog nauwelijks lezen, maar krijg de partituur van de muziek in mijn handen gedrukt, om de muziek te volgen. Die partituur maakt indruk, tot op vandaag !

Bach schrijft zo'n partituur achteloos op. Een componist die een claviatuur nodig heeft om te componeren, noemt hij een Clavier-Ritter.

Aan de Dalweg staat geen orgel, maar wel een klavichord, gebouwd door Franz Lengemann uit Duitsland. Ik ben erbij als het klavichord wordt opgehaald. De heer Lengemann heeft een grote werkplaats, waar hij zijn instrumenten bouwt. In een hoek staat een kooi met een hamster. De hamster loopt onvermoeibaar rond in zijn rad en dat rad is verbonden met een slijpmachine …. Ik krijg er gebak met slagroom zonder suiker, wat ik niet vind smaken.

Bach's biograaf Johann Nikolaus Forkel schrijft over Bach en over het verschil tussen het bespelen van chlavichord en orgel. Hij kent maar twee personen die beide instrumenten werkelijk beheersen, Johann Sebastian Bach en zijn zoon Wilhelm Friedemann:

"Wenn ich Wilhelm Friedemann auf dem Clavier hörte, war alles zierlich, fein und angenehm. Hörte ich ihn auf der Orgel, so überfiel mich ein heiliger Schauder. Dort war alles niedlich, hier alles groß und feyerlich. Eben so war es bey Johann Sebastian, nur beydes in einem noch weit höhern Grad von Vollkommenheit."

vertaald:

"Als ik Wilhelm Friedemann op het chlavichord hoorde, was alles sierlijk, fijnzinnig en aangenaam. Al ik hem op het orgel hoorde, kreeg ik koude rillingen. Op het klavier was alles fijngevoelig, op het orgel groots en plechtig. Net zo was het bij Johann Sebastian, maar dan in een nog grotere mate van perfectie."

* * *

Via het mooie Andante con variazoni van Jozeph Haydn, thuis op de piano gespeeld, komen we terecht bij de pianoconcerten van Mozart.

We zijn onderweg naar huis en ik luister met mijn vader in de auto naar pianoconcert nummer 24 van Wolfgang Amadeus Mozart. Arthur Rubinstein is de solist. Het valt ons beiden tegen. Dit is niet de Arthur Rubinstein die ik in herinnering heb. Tot ik er achter kom dat ik de verkeerde CD heb genomen. De solist is in werkelijkheid Daniel Barenboim.

We zijn het erover eens dat Barenboim Mozart niet begrijpt. Ook al heeft hij voor de opname een Grand Prix Du Disque gekregen …..

* * *

Als men bijna steeds gelijk geeft, maar anderen dat niet willen inzien, dat ontstaat een grote spanning als men de psychologische situatie niet doorziet die daardoor ontstaat. En dan stijgt het onbegrip aan beide kanten.

Dat is nog sterker het geval als men niet een rol speelt, zoals de meeste mensen, maar uitsluitend uit overtuiging handelt. Er is geen andere optie, men handelt uit overtuiging. Zijn vader vocht uit overtuiging tegen de Duitse bezetting. Zijn moeder was een niet minder sterke persoonlijkheid.

Zowel mijn vader als grootvader speelden niet de rol van leraar, ze waren het ook, onder alle omstandigheden. Als ik op de piano Bach probeerde te spelen en voor de derde keer een F speelde in plaats van een Fis, dan klonkt van ergens uit huis een luide stem die "Fis" riep.

* * *

De volgende fase in de muziekgeschiedenis is de Romantiek. Dat is een probleem. Want ’niets zo lelijk als een orgel uit de Romantiek’. Of erger nog, een orgel dat naderhand "geromantiseerd" is en daardoor bedorven.

Bovendien vindt mijn vader dat hij die rare sprongen in de linkerhand van Chopin niet kan spelen.

Toch is er een parallel. Er is een charmante brief die Frédéric Chopin samen met Franz Liszt schrijft aan een gezamenlijke vriend. Ze schrijven elk een paar zinnen en terwijl de één schrijft, speelt de ander op de piano. Liszt verbetert de spelfouten van Chopin en Chopin schrijf in de brief over Liszt

— Ik zou hem de manier afhandig willen maken waarop hij mijn études speelt.

De ingetogen Chopin die zich ergert aan de patser Liszt …. Deze ergernis over alles wat niet echt is en niet werkelijk mooi, is er aan de Dalweg met de paplepel ingegoten.

* * *

Op de Romantiek volgt het Impressionisme, Claude Débussy, Maurice Ravel. Geen Duitse muziek ditmaal, maar Franse.

Mijn vader speelt mij thuis op de piano Débussy voor, het bijzonder mooie la Cathédrale engloutie, de verzonken kathedraal. Het verhaal dat door de muziek wordt uitgebeeld, komt uit een Bretonse legende. Een kathedraal is in het water verzonken, maar komt op heldere ochtenden tevoorschijn als het water transparant is. Men hoort dan priesters zingen, klokken luiden en orgels spelen aan de overkant van het water.

* * *

Zonder muziek is het leven een vergissing.